Een zwoele getrouwde vrouw, verlangend naar wat extra opwinding, nodigt niet één, maar drie gretige mannen uit om zich bij haar aan te sluiten in een hete ontmoeting. Haar man, ooit de ondersteunende partner, stapt opzij, waardoor de vrouw zich overgeeft aan haar verlangens. Het tafereel ontvouwt zich terwijl de drie mannen om beurten, hun lichamen verstrengeld met de wulpse vrouw, hun gekreun de kamer vult. De camera legt elk detail vast, elk gehijg, elke siddering van genot. De onverzadigbare eetlust van de vrouw wordt opgevangen door de mannen, elk staat te popelen om te behagen, hun lichaam beweegt perfect in harmonie met het hare. Het schouwspel is een lust voor de ogen, een testament voor het verlangen naar de vrijheid van onderzoek en de vrijheid van de vrouw. De vrouw kijkt toe vanuit de eigen opwinding van zijn echtgenoten, duidelijk in een bevrediging van zijn seksuele verlangens, maar niet in een spiegeling van de menselijke kracht.