De baas, een man met een onopvallende uitstraling, roept op tot een wilde Mardi Gras-orgie in een privéwoning. De deelnemers, allemaal gemaskerd, strippen zich gretig uit en bereiden zich voor om zich uit te leven in hun vleselijke verlangens. De camera legt elk moment van de losbandigheid vast, waarbij de baas de toon voor de avond zet door zijn onmiskenbare troeven te laten zien. De groep, gevoed door passie en alcohol, houdt zich bezig met een verscheidenheid aan seksuele handelingen, waarbij elke deelnemer om beurten zowel gever als ontvanger wordt. De sfeer is elektrisch, gevuld met gekreun van plezier en gelach. De vroegrijpe artiesten, zelfs nog niet legaal, voegen zich bij het toevoegen van een aanraking van de naakte gasten. De gemaskerde gasten verlaten het feestje, voldaan door hun gemaskerde lichamen en gaan verder met het afrollen van de wilde lichamen, na een wilde nacht doorbrengen de deelnemers aan de camera.