Een boeiende ebbenhouten schoonheid, bekend om haar onverzadigbare verlangens, bedriegt haar minnaar met een goed bedeelde zwarte man. Terwijl ze zijn indrukwekkende pakket bestijgt, kan ze niet anders dan hunkeren naar de sensatie van haar ware liefdesgrootte. Met haar partner in gedachten berijdt ze vakkundig de enorme lul van de vreemdeling, vakkundig haar mond gebruikend om aan het ritme te voldoen. Haar weelderige lippen en tong werken in harmonie, en bevredigen zijn zwarte schacht net zoals haar minnaar zou doen. De aanblik van deze zwarte godin, met haar wulpse rondingen en overvloedige kont, berijd een andere man terwijl ze aan haar onvermoeibare partner denkt, is een verlangen om haar te prikkelen tot goddelijk plezier. Dit scène bevredigt de godin van de godin die deze hartstocht bezit.