In het hart van een bruisende winkel belandt een blonde tiener, Blair Williams, in een compromitterende situatie. Op heterdaad betrapt, wordt ze meegesleurd naar de garage, waar een perverse bewaker wacht. Verre van te worden afgeschrikt door zijn strenge waarschuwingen, gaat het hart van Blair tekeer met een mix van angst en opwinding. Terwijl hij haar blijft terechtwijzen, dwalen zijn handen, haar lichaam verkennen. De bewaker, haar opwinding voelend, neemt het verder, haar blouse verwijderend en haar parmantige borsten strelend. Zijn aanraking ontsteekt een vuur in haar, en gretig verplaatst ze zich, zijn broek losmakend en hem in haar mond nemend. De ontmoeting, niet in staat om haar te bewaken, hun weerstand te bieden, hun hartstochtelijke ademhaling tegen haar lichaam te laten stromen. De bewaakstering, het rijden tegen haar hartstochtelijk, laat haar adem in de garage achter. De beschermer laat zijn verlangen, voldaan door zijn macht, de garage verlaat haar.