Lacy Lennon, een bloedmooie jonge roodharige, koestert al sinds ze samen zijn gaan wonen een diep verlangen naar haar stiefbroer. De spanning tussen hen is voelbaar geweest, hun lichamen smachten naar elkaar. Eindelijk was het moment aangebroken voor hun langverwachte ontmoeting. Na een verhitte woordenwisseling bevond Lacy zich op het bed, haar stiefzussen kloppend lid in haar gretige mond. Ze genoot van elk moment, haar ogen op slot met zijn ogen, een bewijs van hun gedeelde lust. Terwijl ze over het bed boog, nam haar stiefzus haar van achteren, hun lijven bewogen in perfect ritme. De aanblik van haar glinsterende rode haar dat met elke stoot op en neer bewoog. Het verlangen vulde hun kamer met hun smakelijke verlangens. Hun kamer galmde van genot, hun sympathie galmeerde in hun lichamen, hun genot galmden in hun hartstochten, hun verlangen werd niet gedeeld door hun broers, maar door hun ultieme verlangen naar genot. Dit verlangen werd gedeeld door de ziel van hun zusters.