Getuige het rauwe, ongefilterde genot als een man bezwijkt voor de onweerstaanbare drang naar zelfgenoegzaamheid. Zijn hand navigeert vakkundig door de contouren van zijn stijve schacht, elke slag stuwt hem verder in de afgrond van extase. Het hoogtepunt komt aan als een vrachttrein, niet te stoppen en overweldigend. Met een keelkreun laat hij een stortvloed van hete, romige goedheid los, zijn hand schilderend als een bewijs van zijn genot. Dit is meer dan alleen een ruk; het is een viering van mannelijke seksualiteit in zijn meest oervorm. Dus achterover, leun achterover, ontspan en de schouwer neemt deze man mee op een reis vol puur genot.